In de oudere statistische analyseprogramma’s moest men precies aangeven waar de gegevens staan en hoe die moesten worden gelezen. Men kon maximaal 80 tekens op een rij plaatsen en voor iedere variabele moest men aangeven hoeveel tekens die in gebruik nam. Pasten de gegevens voor één onderzoekseenheid niet op één regel, dan konden meerdere regels worden gebruikt. Ook dat moest men aangeven.
De huidige statistische analyseprogramma’s maken gebruik van een spreadsheet-programma om de gegevens in te voeren en al deze kolommen hebben dezelfde dikte van 255 tekens. Het maximale aantal kolommen dat gebruikt kan worden, is 256. Dit is genoeg voor het uitvoeren van een onderzoek waarin niet al te veel gegevens per onderzoeksobject worden verzameld. Het aantal regels in het spreadsheetprogramma is 65536. Zoveel onderzoekseenheden zal men gewoonlijk niet in een onderzoek opnemen.
In de kolommen staan gewoonlijk getallen. Antwoorden als ‘goed’, ‘matig’ en ‘slecht’ worden met getallen in de datamatrix opgenomen. Waar de getallen staan en welke betekenis ze hebben, wordt aangegeven in het codeboek. Het codeboek vormt daarmee het scharnierpunt tussen enerzijds de verzamelde gegevens zoals die met behulp van het meetinstrument zijn verkregen en anderzijds de getallen die in een datamatrix staan.
In de twee tabellen hieronder staat een voorbeeld. De eerste is de datamatrix, de tweede is het feitelijke codeboek (=de uitleg van de getallen in de datamatrix).
Datamatrix:
resp
|
Vrg1
|
Vrg2
|
Vrg3
|
Vrg4
|
.....
|
TestR
|
TestL
|
01
|
45
|
44
|
1
|
2
|
|
2
|
3
|
02
|
43
|
36
|
2
|
0
|
|
4
|
1
|
03
|
34
|
44
|
3
|
3
|
|
3
|
3
|
...
|
|
|
|
|
|
|
|
n
|
45
|
46
|
1
|
2
|
|
2
|
3
|
Codeboek:
kolom
|
afk
|
vraag
|
betekenis
|
1
|
respondentnummer
|
|
volgnummer intypen
|
2
|
vraag 1
|
Wat is de leeftijd van ondervraagde
|
leeftijd invullen
|
3
|
vraag 2
|
Wat is de leeftijd van diens partner
|
leeftijd invullen
|
4
|
vraag 3
|
Geslacht van de onderzochte
|
1= man 2 = vrouw
|
5
|
vraag 4
|
Het aantal kinderen onder de 18 jaar
|
0 = geen kinderen 1 = één kind 2 = twee kinderen etc.
|
....
|
|
|
|
....
|
TestR
|
Behendigheidsscore voor de rechterhand
|
1 = zeer goed 2 = goed 3 = gewoon 4 = slecht 5 = zeer slecht
|
....
|
TestL |
Behendigheidsscore voor de linkerhand |
1 = zeer goed 2 = goed 3 = gewoon 4 = slecht 5 = zeer slecht |