Causaliteit is het denken in oorzaak en gevolg: de ene bal stoot tegen de ander aan waardoor de tweede begint te rollen. Analyse van dit gebeuren leidt ertoe dat het eigenlijk twee verschijnselen zijn: het rollen van de ene bal en het rollen van de andere bal. Men verbeeldt zich dat het verder rollen van de tweede bal het gevolg is van het aanstoten door de eerste. Men zou verbaasd staan als de tweede bal niet wegrolt als die wordt aangestoten door de eerste of dat die al gaat rollen voordat ze elkaar aanraken. Op zich zijn daar ook weer theorieën (verklaringsgrondslagen) voor te bedenken.
Segers (2002) stelt dat causaliteit een theoretisch begrip is dat als men een gebeuren door middel van onderzoek zou willen bewijzen er nogal aan wat vereisten moet worden voldaan. Omdat dat niet te realiseren is, kan men hooguit stellen dat onderzoek een veronderstelde causale relatie aannemelijk maakt.
Van Vliet (1976) stelt expliciet dat de te trekken conclusies uit experimenten slechts waarschijnlijkheidsuitspraken zijn. Het onderzoeksdesign is een goed hulpmiddel om het onderzoek zodanig op te zetten waarmee bepaalde alternatieve verklaringen kunnen worden uitgesloten. Hoe verder het design is uitgewerkt hoe beter de onderzoeker hiertoe in staat is. Het moge echter duidelijk zijn dat een onomstotelijk bewijs dat een causale relatie bestaat, door middel van onderzoek nooit is aan te tonen.
Wie het statistisch wil aantonen, komt ook bedrogen uit. Men kan alleen een samenhang tussen gebeurtenissen berekenen. Een samenhang is echter wederzijds.